De hindoeïstische jaartelling is voor de meeste hindoes begonnen met de overwinning van koning Vikram. Dit was in het jaar 57 voor Christus. Sommige hindoes laten hun jaartelling beginnen met de kroning van de Indiase koning Shalivakan. Dit was in het jaar 78 na Christus.
De hindoeïstische kalender...
Wij gebruiken de christelijke jaartelling. Bij de christelijke jaartelling gaan we uit van een zonnejaar. Een zonnejaar telt het aantal dagen dat de aarde nodig heeft om 1 keer om de zon te draaien. Hier doet de aarde 365 dagen over. Het hindoeïstische jaar is een maanjaar.
In een maanjaar duurt een maand net zolang als de tijd die de maan nodig heeft om 1 keer rond de aarde te draaien. De maan doet hier ongeveer 29 en een halve dag over. Daarom heeft iedere maand 29 of 30 dagen. Het jaar is ingedeeld in 12 maanden. Een hindoeïstisch jaar heeft 354 dagen. Een maanjaar is dus ongeveer 11 dagen korter dan een zonnejaar. Hierdoor zou een maand die in het voorjaar moet vallen, ieder jaar 11 dagen vroeger vallen dan het vorige jaar. De maand die normaal gesproken in het voorjaar moet vallen zou dan na een tijd in de winter vallen. Om dit probleem op te lossen is er 7 keer in de 19 jaar een extra, dertiende, schrikkelmaand.
- De hindoes hebben een andere jaartelling. Deze jaartelling heet de hindoeistische jaartelling.
- Het hindoeistische jaar is een maanjaar.
- Iedere maand heeft 29 of 30 dagen, het jaar is ingedeeld in 12 maanden.
- Een jaar heeft 354 dagen.
- Een maanjaar is dus ongeveer 11 dagen korter dan een zonnejaar.
- De maand die normaal gesproken in het najaar moet vallen zou dan na een tijd in de winter vallen. Om dit probleem op te lossen is er 7 keer in de 19 jaar een extra, dertiende, schrikkelmaand.