Om vlot te kunnen rekenen met het rekenrek is het handig dat je gebruik maakt van de vijf- en de tienstructuur. Vind je dit nog lastig? Bekijk dan de volgende artikelen: 'De vijfstructuur', 'Verkort rekenen met de vijfstructuur', 'De tienstructuur' en 'Verkort rekenen met de tienstructuur'.
Fleur gaat samen met haar moeder naar het bos. Ze zien 13 vogels en 4 konijnen.
Hoeveel dieren zien ze in totaal?
Fleur en haar moeder zien 13 vogels en 4 konijnen. De som wordt dan: 13 + 4 =.
Hieronder wordt de voorbeeldsom stap voor stap uitgelegd met behulp van een rekenrek.
Eerst schuif je alle kralen naar rechts.
De som is: 13 + 4. Zet eerst 13 kralen op het rekenrek door 13 kralen naar links te schuiven. Dit kun je verkort doen door gebruik te maken van de tienstructuur.
Je schuift eerst 10 kralen naar links. Dat is de hele bovenste rij. 'Tien...'
Dan komen er nog 3 kralen van de onderste rij bij. 'Elf, twaalf, dertien.' Je hebt nu in totaal 13 kralen naar links geschoven.
Er staan nu 13 kralen aan de linkerkant. De som is: 13 + 4. Er moeten dus nog 4 bij. Schuif 4 kralen naar links.
De som: 13 + 4 staat nu op het rekenrek. Er staan 10 kralen op de bovenste rij, 5 rode kralen op de onderste rij en nog 2 witte kralen op de onderste rij. Door handig te rekenen met de tien- en vijfstructuur weet je dat de 10 kralen op de bovenste rij en de vijf rode kralen op de onderste rij samen 15 zijn. Daar moeten nog 2 witte kralen bij. In totaal staan er dus 17 kralen op het rekenrek.
13 + 4 = 17. Fleur en haar moeder hebben in totaal 17 dieren gezien.