Kinderen leren om hoeveelheden te benoemen. Ze leren bijvoorbeeld om te bepalen wat het kleinste getal is.
Wat is het kleinste getal?
587.467 - 643.789
Om te bepalen welk getal het kleinst is, moet je weten waar deze getallen in de getallenrij staan. Hoe eerder ze in de rij staan, hoe 'kleiner' ze zijn. In de getallenrij tot en met 1.000.000 zie je dat het honderdduizendtal 500.000 eerder in de rij staat dan het honderdduizendtal 600.000. Het getal 587.467 is dus het kleinste getal.
Je hoeft bij deze getallen in eerste instantie alleen maar te kijken naar de honderdduizentallen. Stel dat meer getallen hetzelfde honderdduizendtal heben, dan kijk je naar de tienduizendtallen die daarachter staan of de duizendtallen die daar weer achter komen. Bijvoorbeeld 653.000 en 651.000. Beide hebben ze hetzelfde honderdduizendtal en tienduizendtal, maar 1.000 komt eerder in de getallenrij dan 3.000, dus is het getal 651.000 kleiner dan 653.000.
- Bij het benoemen van de hoeveelheid, bijvoorbeeld bij het benoemen van het kleinste getal, is kennis van de getallenrij vereist.
- Hoe eerder de getallen in de getallenrij staan, hoe kleiner ze zijn.