Vermenigvuldigen hoeft niet moeilijk te zijn. Soms kun je ook heel handig rekenen. Kijk maar eens naar onderstaand voorbeeld.
De uitkomst van de eerste som weet je: 22 x 16 = 352.
Je moet de uitkomst van de tweede som berekenen: 22 x 8 = ?.
Zoek de verhouding tussen beide vermenigvuldigingsgetallen.
Die verhouding kun je dan ook gebruiken voor het antwoord.
Als je goed kijkt, zie je dat 8 de helft is van 16 (16 : 2 = 8).
Als je 16 deelt door 2, dan is 8 de uitkomst. De verhouding is dus: : 2.
Je weet nu de verhouding tussen de vermenigvuldigingsgetallen.
Deze verhouding kun je nu ook toepassen bij het antwoord.
Het antwoord van de eerste som weet je al. Deel dit antwoord door 2.
De som wordt dan: 352 : 2 = 176.
Er is dus een verband tussen de vermenigvuldiging van de twee vermenigvuldigingsgetallen 16 en 8 en de vermenigvuldiging van de antwoorden van beide sommen. Het antwoord en het vermenigvuldigingsgetal worden beide gedeeld door het getal 2.
- Als je twee verschillende sommen hebt waarbij één vermenigvuldigingsgetal in beide sommen hetzelfde is, kun je de som snel en handig uitrekenen.
- Als je het vermenigvuldigingsgetal uit de ene som keer of gedeeld door een getal doet om bij het andere vermenigvuldigingsgetal te komen, kun je het antwoord van die som ook keer of gedeeld door datzelfde getal doen om het antwoord op de andere som te krijgen.
- Ga dus opzoek naar de verhouding tussen de vermenigvuldigingsgetallen en pas deze verhouding toe bij de antwoorden.