In de tafel van 5 vermenigvuldig je de getallen 1 t/m 10 met het getal 5.
Voorbeeld
Je hebt 3 kratten met in elke krat 5 appels. Hoeveel appels heb je?
"Je hebt 3 keer een krat met 5 appels."
De keersom die hier bij hoort is:
3 x 5 = 15
Hieronder volgt de tafel van 5. Ken je de keersommen t/m 10 al goed? Oefen dan ook 11 en 12!
Tip! Zoals je ziet eindigen de antwoorden van de keersommen altijd op een nul (0) of een vijf (5).
De tafel van 5