Oefening 1 | |||||
1. | Schrijf negenendertig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
2. | Schrijf tweeënzeventig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
3. | Schrijf achtenveertig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
4. | Schrijf negenenvijftig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
5. | Schrijf twaalf-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
6. | Schrijf tweeëntwintig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
7. | Schrijf drieënzeventig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
8. | Schrijf drieënvijftig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
9. | Schrijf zevenenvijftig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
10. | Schrijf tweeënzestig-honderdste als een kommagetal. |
|
Oefening 2 | |||||
1. | Schrijf dertien-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
2. | Schrijf veertig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
3. | Schrijf drieënnegentig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
4. | Schrijf zesenveertig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
5. | Schrijf negentig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
6. | Schrijf vijfenzeventig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
7. | Schrijf drieënvijftig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
8. | Schrijf eenenvijftig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
9. | Schrijf drieënzeventig-honderdste als een kommagetal. |
|
|||
10. | Schrijf drieëntwintig-honderdste als een kommagetal. |
|
Oefening 1 | |||||
1. | Schrijf negenendertig-honderdste als een kommagetal. | 0,39 | |||
2. | Schrijf tweeënzeventig-honderdste als een kommagetal. | 0,72 | |||
3. | Schrijf achtenveertig-honderdste als een kommagetal. | 0,48 | |||
4. | Schrijf negenenvijftig-honderdste als een kommagetal. | 0,59 | |||
5. | Schrijf twaalf-honderdste als een kommagetal. | 0,12 | |||
6. | Schrijf tweeëntwintig-honderdste als een kommagetal. | 0,22 | |||
7. | Schrijf drieënzeventig-honderdste als een kommagetal. | 0,73 | |||
8. | Schrijf drieënvijftig-honderdste als een kommagetal. | 0,53 | |||
9. | Schrijf zevenenvijftig-honderdste als een kommagetal. | 0,57 | |||
10. | Schrijf tweeënzestig-honderdste als een kommagetal. | 0,62 |
Oefening 2 | |||||
1. | Schrijf dertien-honderdste als een kommagetal. | 0,13 | |||
2. | Schrijf veertig-honderdste als een kommagetal. | 0,40 | |||
3. | Schrijf drieënnegentig-honderdste als een kommagetal. | 0,93 | |||
4. | Schrijf zesenveertig-honderdste als een kommagetal. | 0,46 | |||
5. | Schrijf negentig-honderdste als een kommagetal. | 0,90 | |||
6. | Schrijf vijfenzeventig-honderdste als een kommagetal. | 0,75 | |||
7. | Schrijf drieënvijftig-honderdste als een kommagetal. | 0,53 | |||
8. | Schrijf eenenvijftig-honderdste als een kommagetal. | 0,51 | |||
9. | Schrijf drieënzeventig-honderdste als een kommagetal. | 0,73 | |||
10. | Schrijf drieëntwintig-honderdste als een kommagetal. | 0,23 |